in Tocht

Zaterdag, 12 augustus 2017.
Je bedenkt een boot, je bouwt hem en je vaart naar de overkant. Zo simpel is het eigenlijk. Toch voel ik me best wel voldaan of zoiets.
Van tevoren had ik gedacht dat IJsland-Groenland de koninginnenrit van de reis zou worden. Het pakte uiteindelijk meer uit als een koningsrit. Gunstige wind, mooi weer en de mazzel dat de zuidelijke fjord Ineq vaarbaar was. De oversteek naar Labrador was de ware vuurproef tot nog toe. Het begon met regen, maar gelukkig wel minder dan voorspeld, daarna een niet voorspelde windkracht 7, gelukkig van opzij, vervolgens tot op het eind tegenwind, die wel wat shiftte, zodat we een redelijke rechte lijn konden varen, maar wel steeds tegen de wind en speciaal de golven in. En dan komt een windkracht 6 harder aan dan als de wind van achteren komt. Afgelopen nacht was het motoren omdat er geen wind was en goed uitkijken want er waren wel ijsbergen op ons pad.
Toch is het hier ontspannener varen dan in Groenland. Daar moet je constant op je qui vive zijn of er geen ijs op je pad ligt. Zelfs in de haven ben je niet veilig, want daar kan ook een ijsklomp tegen je schip aandrijven.
We liggen nu in Battle Harbour, een museum dorp. Ooit de belangrijkste plaats in Labrador, reden van bestaan: de visvangst. Nu wordt het langzamerhand gerestaureerd. Vandaag was er een fundraising party, goeie live muziek. Compleet met loterij. Met bootjes kwamen mensen uit de omgeving hier naartoe. Bijvoorbeeld de burgemeester van Mary’s Harbour, die het grootste deel van de week krab-visser is. Hij wist me over te halen om morgen daar naar toe te gaan, veel goedkoper en het heeft wel een wegverbinding.

Showing 1 comments
  • Bram de Vries
    Beantwoorden

    Superstoer, gefeliciteerd! Veel plezier met de tocht naar het zuiden.

Laat een reactie achter

Vul hier uw zoekopdracht in